Ik was meteen alweer van mijn sokken geblazen door dat zelfportret, waarmee de tentoonstelling opent over jouw brieven in het Van Gogh Museum (kun je je voorstellen, dat er een museum is, dat 24/7/365 aan jouw werk is gewijd, dat je in slechts tien jaar bij elkaar schilderde? Welke kunstenaar kan jou dat nazeggen? Geen een! Je bent de grootste, geloof het of niet).
Er zit waanzin in dat zelfportret. Waanzin en fanatisme – gevaarlijk fanatisme, maar gelukkig heb je die nooit op (onschuldige) medemensen botgevierd, zoals die gek in Nice met zijn 'attaque au couteau'. Nee, jij hebt het mes alleen gebruikt om je eigen linkeroor af te snijden. Dat was jouw cri de coeur.
Die brieven van je die zo keurig zijn tentoongesteld in een grote zaal, geplakt tegen een glazen wand, opdat we voor en achterkant kunnen bekijken, zijn nagenoeg onleesbaar. Hooguit een flard of een zinsnede hier en daar kon ik ontcijferen.
'Het ware behulpzaam geweest,' sprak, vanachter zijn bekvod, il Grande Commentatore, met wie ik jouw expositie bezocht (verder was er trouwens niemand), 'als in de originele brief was aangegeven waar we op moeten letten.'
'Je bedoelt highlighten met een zo'n gele stift?'
Commentatore en ik waren gecharmeerd van de tekeningetjes en schetsjes waarmee je je brieven lardeerde. Dat deden wij vroeger ook (en nog). Dit is misschien het grootste manco van elektronische brieven, dat je je gedachten en gevoelens in een kille matrix moet gieten, die geen plaats biedt aan de menselijke penseelstreek. Misschien kan de volgende Steve Jobs hier een oplossing op verzinnen (hint: emoji's won't do the job).
Thuis bladerend in bijbehorende boek, viel mijn oog op een foto van je vader. Die kende ik nog niet (of ik was hem vergeten). Wat een strenge man! Dominee, wat wil je. Ergens las ik dat hij zich kapot schaamde voor jou. Het verklaart veel voor me.
Je immer bewonderende V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Wat fijn dat jullie er zijn