48. Uitvaart (slot)





Laten leven of niet laten leven, dat is de vraag.
Het auto erotisch ongeval, zoals dat heet, van Jim Beau Hollak (Capetown 2002 – Amsterdam 2019), vertelde Ferwerda me toen hij uitgeloogd bij mij thuis verscheen, was het begin van het einde, nee: het einde van het einde. De emotionele geschiedenis herhaalde zich, maar bleef ook in die herhaling onbegrijpelijk – of in elk geval onvoorspelbaar, zeker van een veilige afstand. Je had alle factoren kunnen kennen, alle variabelen op een rijtje kunnen hebben en daarbij hun onderlinge weging en dan nog zou je verbaasd zijn over hoe het was gelopen.
Ferwerda werd uitgelogd door Becky. Niet zozeer omdat hij alles had verprutst en in haar woorden een motherfucking nincompoop was, maar omdat Roman in haar ogen een betere trooster bleek. Ze konden elkaar troosten, wat minder scheefte in de relatie ten gevolge had. Vooralsnog bestond het wederzijds troosten van de verlieshebbende ouders overigens met name uit langdurige tripjes naar het Schwarzwald. Wat ze daar deden wist zelfs god niet, behalve dat Becky erin slaagde Roman bij de drank weg te houden.
Of Ferwerda ooit zijn liefdesbaby in ogenschouw zou mogen nemen, of hij haar (het was een zij!) mocht wiegen, flesgeven en kussen, hing af van Becky's goedertierenheid (en van zijn cash flow denkelijk).
Het einde van Ferwerda's engagement, arrangement, hoe je het noemen wilde, misschien was verlengde erotische escapade toch de beste term, viel samen met de volledige inwoning van Malika. Op de een of andere manier voelde het volkomen logisch om de inktzwarte theoretische fysica in het huishouden op te nemen, niet in de laatste plaats omdat ze huur betaalde in de vorm van Soedanese liedjes, waarvan ook Ferwerda moest toegeven dat ze de ziel beter zalfden dan Brel of zelfs Mahler (nou ja, meestal). Wie Malika's diepe, hese stem hoorde, begeleid door zacht hoewel af en toe op het oor vals en a-ritmisch getokkel, wilde alleen nog maar alles en iedereen omarmen – vooral ook háár. Niet zelden bevonden de zestigers zich met hun aangenomen promovenda in een driewegomhelzing. Moet ik nog vermelden dat ze goed en graag kookte en fluitend de was deed?
Jims uitvaart in het steriele crematorium werd massaal bijgewoond door prachtige jonge mensen. Het ene na het andere cosmetisch goed gelukte wonderkind nam het woord en bezong de lof van één kant van de uit het leven gerukte. Niemand kende alle kanten tegelijkertijd, misschien was dat de tragiek.

47. Brilliant destruction


Annibale Carraci

Toen ze aankwamen bij de flat, Becky, Roman en Ferwerda, the odd trio, troffen ze Mischa, de Berlijnse kennis aan op het balkon waar ze in haar onderbroekje een elektrische joint zat te roken. Waar is ie? riepen ze alledrie tegelijk in verschillende talen. Mischa haalde haar magere schouders op. In seinem Zimmer, selbstverständlich! Ferwerda was zo’n man die op dat moment, net zoals ik, onder die omstandigheden, zich afvroeg of seinem wel de juiste naamval was en ging in gedachten razendsnel het rijtje voorzetsels voor derde naamval, mit, nach, nebst enzovoorts af. 'In' zat daar niet bij. 'In' behoorde tot de voorzetsels die nu eens de derde naamval kregen, dan weer de vierde, afhankelijk van, als hij de Duitse les van mevrouw Pilar goed had onthouden, de vraag of er in ‘in’ beweging zat of niet. Was dat, by the way, niet de Grote Vraag van het Leven?
Roman stampte de deur van Jims kamer met zoveel geweld in dat zijn schoen bleef haken in de kapotte holte. Het was helemaal niet nodig geweest, de deur was gewoon open.
Binnen in de jongenskamer, helemaal zwart geverfd, van onder tot boven – inclusief plafond – en met niets aan de muur afgezien van een Brilliant Destruction poster, lag het krullerige genie op bed, in verkrampte houding, verpakt in een nauwsluitend zwartleren pak, naast een openstaande laptop, waaruit een draad hing die richting zijn kruis liep. Het tableau deed nog het meest denken aan een eeuwenoud kunstwerk. 

46. Volledig incommunicado



Ta-ta-ta-ta-ta-ta-ta! klonk het vrij luid in de therapieruimte. Your love gives me such a thrill. But your love won't pay my bills. I want money.
Dat was de telefoon van Becky, by way of The Flying Lizards by way of The Beatles by way of een oud bluesnummer, dat ooit pijn deed, maar in deze versie uit de jaren tachtig subliem was geïroniseerd.
Becky stond op en liep naar de gang. Veel schaamte kende ze niet; discreet was ze wel.
Wat nu weer, dacht Ferwerda. Roman kon het niet zijn; die zat hier te spelen met zijn loper. Jimbo natuurlijk, die belde voor elk wissewasje. Nee, wacht, die belde helemaal nooit, dat was het probleem juist, die liet niet eens meer appjes achter, die was volledig incommunicado de afgelopen periode. De sociale media hadden zijn anti-sociale gedragingen verder aangewakkerd, gelegitimeerd. Ferwerda had de puber nog met weemoed verteld hoe hijzelf lang geleden vanuit verre oorden zijn moeder belde (zijn vader wilde hij liever niet aan de lijn hebben). Altijd collect. 'Jan Jaap Ferwerda calling. Do you accept the charges?' Maman, maakt u nog wat over? Ferwerda zou willen dat hij nu, tegen zijn pensioen aan, haar nog eens collect kon bellen maar als ze de telefoon al opnam, hoorde hij alleen nog gepiep en gehijg.
De overgebleven jaloezie-patiënten in de therapieruimte zwegen. Frank maakte van de gelegenheid gebruik verse rooibosthee te zetten en de schaal met ministroopwafels aan te vullen. Ferwerda kwamen zowel de ministroopwafels als de rooibosthee de neus uit, maar hij wilde geen spelbreker zijn. Verveeld speelde hij met zijn toren. Hij vroeg zich af waarom hij geen koning had gekozen.
Toen stormde Becky de ruimte binnen. Janja, Roman, help! Something terrible happened to Jimbo!

45. Jaloezie als seksuele energie



Jan Jaap, hoe zit het met jouw jaloezie?
Mijn jaloezie staat doorgaans wijd open, zei Ferwerda, de therapieruimte rondkijkend of zijn woordgrap bij iemand aan was gekomen. Het lukt mij slecht, vervolgde hij, om lang jaloers te blijven op iemand om iets of iemand. Niet dat ik nooit enige jaloezie voel, wel degelijk, niets menselijks is mij vreemd, dikwijls ben ik verbaasd door mijn jaloerse gevoelens, zoals wanneer ik hoorde dat Roman, – die zich tot mijn vreugde de rol van loper heeft toebedeeld zie ik – met mijn wederhelft danste op een niet nader genoemde lokatie. Was ik ontstoken in jaloerse razernij en withete afgunstige furie, als hij ook nog diepgaande gesprekken had gevoerd, diepergaand dan tot aan haar baarmoedermond?
Jezus Japi, kwam Tineke tussenbeide, waarom moet het weer zo plastisch? Wat is dat toch voor vreemde neiging om alles zo lomp te formuleren, in deze intieme context nog wel?
Ik denk even hardop.
Gebruik dan een filter.
Ho wacht, nee, zei Frank, hier mag ongefilterd gedacht worden hè, alles wat in deze ruimte gezegd wordt, gedacht en gedaan, blijft in deze ruimte, dat is het mooie hè.
En die camera daar dan, mompelde Roman, wijzend op een oog aan het plafond. Zien we deze sessie straks terug op jouw website voor promotionele doeleinden?
I should have put on my new Prada dress... schaterlachte Becky, die het gesprek niet helemaal volgde. Er waren weinig vrouwen die zo schaamteloos konden schaterlachen als Becky, om de verkeerde reden, en die daarbij ook nog hun bekoorlijkheid bewaarden, nee, die door dat ongepaste schaterlachen zelfs nog bekoorlijker werden.
Frank maande het gezelschap tot kalmte.
Ik ben jaloers op Tineke haar academische status, ging Ferwerda verder, op haar theoretische natuurkunde waar ik niet bij kan, maar nog het meest op haar soevereine geneuzel met haar Soedanese by way of London promovenda... Maar dit is het vreemde: het windt me ook op. Uit zelfbehoud zet ik mijn jaloezie om in seksuele energie.
Frank knikte driftig.
Iedereen, ook Becky, keek naar Malika, die op haar beurt naar Tineke keek, angstig, als een pion op de vlucht.

44. Zelos



De ziekmakende combinatie van bezitsdrang, achterdocht, woede en vernedering die je gedachten kan beheersen en je binnenste kan bedreigen terwijl je nadenkt over je rivaal. Dat was de werkdefinitie van jaloezie die Frank had opgeduikeld bij Esther Perel, die hogepriesteres van de moderne liefde, by way of evolutionair antropologe Helen Fisher. Perel had nog meer leuke weetjes. Bijvoorbeeld dat jaloezie afstamt van het Griekse zelos, oftewel zeal oftewel drift, ijver en dat Noord-Europese culturen hun uiterste best doen om jaloezie uit te bannen, terwijl Zuid-Europese culturen haar (hem?) juist omarmen. Enzovoorts enzoverder tot in de eeuwigheid amen. Vragen?
Ja, hier, zei Ferwerda. Tineke, hoe kan het dat jij nooit jaloezie hebt gevoeld ten aanzien van Becky?
Hoe weet je dat zo zeker? kaatste ze terug, denk je dat ik het leuk vind om jouw emails aan haar te lezen? Denk je dat ik met plezier kennis heb genomen van de verschillende standjes op de verschillende locaties die jullie hebben uitgeprobeerd? Denk je dat mijn hart een vreugdesprongetje maakte toen ik zag dat zij drie cups meer van boven en een drie cups meer van onder heeft dan ik? Denk je dat ik er aardigheid aan beleef om mij voor te stellen hoe jullie met zijn tweetjes grappen maken over mijn wereldvreemdheid? Denk je dat ik geniet van jouw aanstaande vaderschap bij de bijvrouw die mijn dochter zou kunnen zijn? Denk je dat ik geen voodoo-poppetje heb gemaakt en daarin spelden heb gestoken om vervolgens het geheel in de brand te steken op een geheime plek (in de garage, als je het zo graag wilt weten) en over de as mijn behoeften te doen? Denk je dat ik niet heb overwogen om Becky's extended toe nails af te breken, haar haar in de nacht af te knippen, en met een hamer haar mobiele telefoon aan gruzelementen te slaan? Denk je dat ik geen zin had om die Taylor, die geweldige fysio van jullie tweeën, om te kopen om hem tijdens een stretchsessie jouw enkels te laten breken? Denk je dat ik geen zin had om, als jullie weer eens aan het dineren waren op mijn kosten krijsend een fles te dure wijn over jullie beide hoofden uit te gieten?
Tineke, onderbrak Frank, dank je voor je openhartigheid hè. Wie wil er nog rooibos?

43. Schaaktherapie



Nou goedemorgen allemaal hè, heette zijige Frank de deelnemers aan de systeemtherapie welkom, ik heb een afzegging van Jimbo, maar daar staat tegenover dat Tineke Malika heeft meegenomen... Hallo Malika. Vandaag gaan we het op veler verzoek hebben over jaloezie, maar eerst even dit hè. Frank wees met zijn glimmende neus op de felgekleurde, wijnflesgrote, therapeutische schaakstukken op tafel. We gaan schaken. Kies zelf een stuk. Geen beperkingen hè. Mag ik erop wijzen dat de Koning het belangrijkst is maar ook nogal wordt beperkt in zijn bewegingsvrijheid? Ik zou toejuichen hè, als iemand durft een paard te zijn. Grillig en a-symmetrisch. Ook een pion heeft zo zijn voordelen. Nou denk er maar eens over na, maar niet te lang hè.
What the fuck is he rambling on about? siste Becky vanachter haar telefoon tegen Ferwerda, die recht tegenover haar zat, naast Roman. Malika en Tineke zaten bijna op elkaars schoot.
That life is a chess game honey bunny. We zijn allemaal schakers of we willen of niet. We jagen op elkaar, proberen elkaar mat te zetten, maar meestal eindigen we in een patstelling.
Goed zo Jan Jaap, jubelde Frank, heel goed!
Ik zou willen adviseren, bromde Roman, de schaak-metafoor niet te ver door te voeren.
Aan de andere kant van de tafel fluisterde Tineke Malika de spelregels van het eeuwenoude, zinloze, gekmakend complexe spel in het oor. Met haar brille, dacht Ferwerda, veegde ze waarschijnlijk in vierentwintig zetten of minder iedereen van het bord.
Ik ben een toren, zei hij tenslotte, om het goede voorbeeld te geven. Hij hield het overeenkomstige, wijnrode plastic stuk in de lucht. Ik sta voor soliditeit.
Roman schudde zijn hoofd.
Tineke zei triomfantelijk: Malika en ik zijn allebei Dame. Ik was er al een. Malika is zojuist gepromoveerd.


42. Type



Vind je dat ik iets moet doen aan mijn moobs? Eerlijk zeggen. Jan Jaap Ferwerda schaamde zich voor de vraag, zo losjes mogelijk gesteld op de vrijwel lege parkeerplaats in het moderne ghetto waar Becky en Jim domicilie hielden. Toch bleef hij zo benieuwd naar Jims antwoord, dat zijn hart, niet voor de eerste keer die avond, klopte in zijn keel.
De jongen draaide zich in de passagiersstoel naar hem toe. Je moobs?
Manboobs, de opeenhopingen van overtollig vet die zich bij mannen van een zekere leeftijd vormen rondom de tepels... Grijnzend pakte hij door zijn overhemd zijn eigen borsten beet.
Jim keek op zijn telefoon. Nee jôh, waarom in godsnaam?
En mijn pens, die kan je ook niks schelen?
Een felle klap galmde in de nacht. Ferwerda dacht meteen aan een pistoolschot. Als het een pistoolschot was, waar was dan het slachtoffer? De dader zou de tanige jongen verscholen in zijn capuchon op de crossfiets kunnen zijn die Ferwerda ontwaarde in zijn achteruitkijkspiegel, maar er was geen bewijs, van wat dan ook.
Eh... Jim richtte zijn glinsterend groene ogen omringd door de aandoenlijke bos krullen tot zijn geïmproviseerde stiefvader.
Ja?
Ik wou je bedanken voor vanavond... Ik hoop niet dat ik een stoorzender ben in jouw huishouden... Superfijn om met je te praten... Voor mijn gevoel kan ik alles tegen je zeggen... Maar...
Wat?
Eh... je bent niet mijn type. Als je begrijpt wat ik bedoel. Sorry. Ik moet gaan.
De tiener gaf hem een beleefde kus op de mond, wurmde zijn lange lijf uit de auto en sjokte met zijn rugzak naar de centrale deur van het flatgebouw.
Boven bij Becky brandde geen licht.
Ferwerda draaide zijn raampje open en trommelde op de portier. Hij wist niet of hij teleurgesteld moest zijn of opgelucht.


41. Welk huwelijk?




Tineke en Malika namen een boot eerder terug naar het vaste land. Behoorlijk opgelaten hadden ze zich gevoeld toen ze in een strandtent op Terschelling, door de ANWB aangeprezen als een 'gelukzalig pottenparadijs', werden aangegaapt als waren ze een speciale, lopende tentoonstelling van het Koninklijk Instituut voor de Tropen.
Tegen middernacht stommelden de theoretisch natuurkundige tortelduiven het huis in de stad binnen, waar zij tot in elk geval Malika's verbazing – en toch ook wel een beetje die van Tineke – Ferwerda aantroffen in het echtelijke bed, met naast zich niet Becky, zijn prijsmilf, maar de hoogsensitieve Jimbo. Beiden lagen op hun rug in boxershort, Ferwerda met zijn armen gekruist onder zijn hoofd; de tiener met zijn draadloze koptelefoon op en een werkend scherm binnen handbereik. Het was niet duidelijk wat zich op dit scherm afspeelde; dat het bewoog, daarover bestond geen twijfel.
Op de borst van de jongen prijkte een tatoeage van Madonna.
Wat zijn jullie aan het doen? vroeg Tineke.
Waar lijkt het op? Ferwerda griste zijn knijpbril van het nachtkastje.
Op een privé-onderricht over de Nederlandse advocatuur, zei Tineke, zij het op een vreemd tijdstip, en een vreemde plek.
Fout. We zijn naar de film geweest voor Jims verjaardag, en toen hebben we na afloop nog wat gedronken in de tuin.
Dus nu zijn de buren ook op de hoogte.
Sinds wanneer bekreun jij je om de buren Tien? En waarvan zouden ze volgens jou nu op de hoogte zijn?
Van de complete puinhoop in dit huwelijk.
Welke puinhoop? Welk huwelijk?
Luister, Japi, ik maak nog even wat thee voor Malika en mij. Als ik straks boven kom wil ik dat ons bed is teruggebracht in zijn oorspronkelijke staat. Zo niet bel ik de politie.
Ze sloeg de deur van de slaapkamer dicht.
Pak je spullen, Jim, zei Ferwerda somber, dan breng ik je naar je moeder.



40. Eeuwig heet



Het leek alsof Tineke weken weg was in plaats van dagen. Er kwam geen eind aan de lekker- en jaloersmakende berichtjes over de provisorische huwelijksreis die ze met Malika aan het maken was – zonder de camping zelfs maar af te komen, als je haar moest geloven:
Het is eindelijk droog Japi maar wij blijven bij de washokken. Zodra de zon zich laat zien, verhuizen de cultuurkampeerders naar het strand of ze trekken massaal de duinen in voor een of andere voorstelling. Dit geeft Malika en mij ruim de tijd elkaars ruggen te schrobben onder de douche... Je zou die Oerolgangers – wit, weldenkend en bejaard – moeten zien kijken als ik de douchecabine induik met in mijn kielzog een halfnaakte inktzwarte afrodite, een Nubische liefdesgodin, die onder de douche ook nog liedjes zingt, omdat ze daar zo lekker galmen, ook naar de herendouches.... Je ziet de paniek in de ogen van die vrouwen: wat gebeurt hier? Als dit is toegestaan, dan is alles toegestaan! Er was letterlijk één man die ons goedkeurend toelachte, een man in een wit pak met een zware hoornen bril op en met een bronzen stemgeluid – die me nu weer juist aan jou deed denken Japi. Knettergay trouwens maar dat is een ander hoofdstuk... Enfin, het probleem met die campingdouches is dat er een timer op zit. Een digitale, dat had ik nog niet eerder gezien. Van de camping, hoe cultuurminnend ook, mag je niet langer dan vijf minuten douchen, dan gaat de stop erop, dan wordt de wereld in een klap ijskoud, je ziet dat mechanisme voor je neus sadistisch aftellen, nog zoveel hete seconden, dus je moet opschieten met wat je dan ook van plan bent... Gelukkig heeft de camping niet gerekend op het vernuft van Malika, die die klok in een handomdraai hackete, waardoor het voor ons eeuwig heet bleef... Ze heeft ervaring met dit mechanisme... Tot morgen, Japi. Ik ben pas laat thuis dus reken maar niet op mij. Vergeet je de systeemtherapie niet?

39. Tikkende tent

José Firet

Ferwerda liet me het berichtje zien dat Tineke had geschreven vanaf Oerol.
Japi, het regent hier nu veertien uur aan een stuk. Malika en ik hebben het fijn in de tent. We hadden niet verwacht dat we de tent niet zouden hoeven uitkomen, we hadden verwacht dat we nog wel wat cultuur zouden opsnuiven, in de bossen en de duinen, in de straatjes van de pittoreske dorpjes, maar dat blijkt dus helemaal niet nodig. Eén matje, dat is genoeg... ja af en toe even de pan met pis legen en op en neer rennen naar het winkeltje... we zijn vanochtend wezen naaktzwemmen in het duinven bij de camping; wanneer hebben wij dat voor het laatst gedaan? Was trouwens stervenskoud, maar als je in beweging blijft, dan valt het wel mee. Weet je een beetje raad met jezelf in dat lege huis? Zoals bekend mag van mij mag veel maar ik wil dat mens niet in ons bed... Dan steek je je piemel maar in de stofzuiger... Wacht, ze is in het Schwarzwald. Zij liever dan ik... Geef mij maar Terschelling, lees: de tent die altijd tikt... Malika vertelt me het ene ongelooflijke verhaal uit haar jeugd na het andere – vergeleken met haar lijkt het alsof ik helemaal niets heb meegemaakt –, maar nog meer geniet ik van haar zang. Ze begeleidt zichzelf op gitaar... Afrikaanse liedjes inderdaad, Japi, dat heb je goed begrepen. Lieve liedjes. Misschien gaan die liedjes over vreselijke dingen, dat moet ik nog eens navragen, maar ze klinken in elk geval heel lief. Japi, ik vind het lastig om uit te leggen, maar met Malika voelt als thuiskomen. Dat komt nog niet eens zozeer door haar goddelijke lijf (dat je, jou kennende, vast al bewonderde op Insta), haar lieve liedjes of haar verhalen, maar vooral door de theoretische natuurkunde. Die delen we op een fundamenteel niveau... Zorg goed voor de planten Japi, en voor jezelf. Doe eens een keer geen stomme dingen. Yours eternally, T.
Ik vind het wel sexy, zei ik.
Ferwerda knikte. Hm-hm, maar hoe nu verder?

38. Knol, pompoen of honkbalhandschoen



Is ze een knol of toch een pompoen, vroeg Ferwerda zich af terwijl hij zijn moeder bekeek. Voor beide viel wat te zeggen. De vergelijking kwam uit Brakmans verhaal 'Bij de gepensioneerden', waarin de schrijver het gezichtspunt aanneemt van een vrouw, altijd tricky, maar dat veel uit het leven gegrepen beschrijvingen bevatte van 'oudjes'. Veel leedvermaak kon Ferwerda zich op dit vlak niet veroorloven. Hij was zelf bijna gepensioneerd. Nog niet zo gepensioneerd als zijn moeder misschien, maar toch. Zijn kuitspieren waren stijf en hij had een nieuwe tic met zijn tanden. Hij knarste met de ene hoektand over de buitenkant van de andere, uren achtereen; in bed, op de bank, overal. Irritant. Hij wou dat hij ermee ophield (hou er dan mee op, had ik gezegd, maar zulke aansporingen waren zinloos).
Misschien was zijn moeder toch meer een knol dan een pompoen.
Maar wat was hij dan? Hoe ouder een mens werd hoe kleiner het onderscheid tussen man en vrouw.
Ferwerda zat tegenover zijn moeder bij het raam, haar vaste plek, met de ongebruikte afstandsbediening binnen handbereik. Ook de cola voelde zoals altijd lauw, maar geen klachten van de gepensioneerde.
Opeens keek ze hem strak in de ogen aan en raspte: Ik verveel me dood!
Dat was meer dan ze in tijden tegen hem gezegd had.
Dat verbaast me niks, zei Ferwerda na een vreemde stilte. Wanneer bent u voor het laatst buiten geweest?
Geen antwoord. Ook de freule-achtige verzorgster kon hem wat dit betrof niet helpen.
Ferwerda overwoog zijn knetterdemente moeder over het strand mee te zeulen, in haar rolstoel, maar eerst bekeek hij de tientallen, honderden foto's van Malika's instagram nog eens op zijn telefoon. Een schoonheid, zoveel was zeker, in de meest ongepolijste vorm, en dat kwam niet alleen omdat ze geen make up droeg of niet modieus probeerde te zijn. Ze was meer, ze was een gevaarlijke schoonheid. Pompoen noch knol zou ze ooit worden. Misschien een oude leren honkbalhandschoen.



37. Private overpeinzingen



Ferwerda zat met Willem Brakman  op de WC en probeerde zich te concentreren op diens verzamelde korte verhalen, 2637 paginaatjes gedownload op zijn telefoon. Eindelijk alleen. Tineke was met Malika naar Oerol, gezellig in een natte tent. Becky vierde de verjaardag van Jim, nota bene samen met Roman ergens in het Schwarzwald. Hij had zijn zin gekregen, de jurist. Hij werd met rust gelaten, maar hij had moeite te profiteren van zijn vrijheid.
Zijn gedachten gingen naar zijn gebrekkige financiën. Hij was al jaren inkomensafhankelijk van zijn vrouw en van een leegrakend familiepotje, dat was het punt niet, maar de opdroging van zijn juridische praktijk tegen het einde van zijn carrière was hem niet meegevallen. Ferwerda was graag met een knal uit het vak gestapt. Een zaak die iedereen versteld had doen staan, die nog jarenlang voor jurisprudentie zou zorgen en misschien zelfs, in zijn stoutste dromen, tot behoorlijke neveninkomsten uit het schnabbel- en babbel-circuit, maar het zag er niet naar uit. Hij was langzaam maar zeker naar de marge opgeschoven. Computeralgoritmes hadden zijn advieswerk of onnodig gemaakt, of spotgoedkoop.
De naam Ferwerda, die ooit standing had, in het notariaat tenminste, was niets meer waard, en hijzelf nog minder. Wie had er behoefte aan een smoezelige, klungelige, overjarige juridisch adviseur heden ten dage, als de jonge hipo's en masse van de universiteit kwamen met dubbele bullen, MBA's, RA's en wat niet al op hun CV? Met rechtsgeleerdheid alleen redde je het niet. Daarmee had je het nooit gered, er moest altijd iets bij, maar dat iets was in mr. Jan Jaap Ferwerda een stille dood gestorven.
Toen hij zijn handen waste, viel zijn blik op een pak Whoohoo! biologisch afbreekbare inlegkruisjes, grootste maat. Dat deed hem dan toch nog glimlachen.

36. Objecten



Ferwerda aan de telefoon. Het ging niet zo goed met hem. Hij was gewond.
Het was niet zozeer dat ze visten in dezelfde baarmoeder wat Roman Hollak in toorn deed ontvlammen, maar Ferwerda's off hand opmerking, later op de avond na een slap frietje met een berg lauwe kibbeling, dat Romans zoon bang voor hem was.
Jimbo bang voor mij? schreeuwde Roman. Wie zegt dat? Die kut van een Becky zeker?
Ferwerda bedacht dat hij al veel eerder het openbaar vervoer terug naar huis had moeten nemen, maar subiet vertrekken was een onmogelijkheid.
Hij probeerde nog terug te krabbelen, dat hij het niet zeker wist, dat het niet met zoveel woorden was gezegd, dat het meer een gevoel was, maar die terugkrabbeling kwam onvoldoende tot zijn recht. Met de toevoeging dat Ferwerda zo goed kon opschieten met Jim, dat ze elkaar zo goed aanvoelden, gooide hij nog meer olie op het vuur.
Woest was hij uiteindelijk geworden, de licht ontvlambare Roman, in dat huisje van hem op het vakantiepark voor heengezonden ex-echtgenoten. Hij liep rusteloos rond, niet wetend of hij Ferwerda een schop tegen zijn oude benen moest geven, zijn oude arm moest breken of toch zijn agressie en frustratie beter kon botvieren op een object. Objecten waren geduldig. Ze konden wat hebben. Ze dienden geen klachten in. Roman had een goede relatie met objecten. Het was alsof de objecten hem uitnodigden, smeekten om zich tot hen te verhouden. Toen Roman uiteindelijk inging op de smeekbede en een bierfles stuksloeg op het provisorische aanrechtje, raakte zijn gast alsnog beschadigd. Niet ernstig. Een rondvliegende scherf had een flinke snee achtergelaten in zijn vierenzestigjarige melkflessenbeen, net onder de knie.
Later was er toch nog verbroedering opgetreden toen Roman de minnaar van zijn ex' wond verpleegde.
Wat zei Tineke, vroeg ik.
Tineke is zo goed als onbereikbaar, hijgde Ferwerda door de telefoon. Die heeft alleen nog oog voor Malika.


35. Ferwerda's droom




Ferwerda droomde dat hij in een zwembad zat tot de rand toe gevuld met Chinezen. Jonge Chinezen, met strakke badmutsjes op, Chinezen met strakke zwarte goggles op, die hen deed lijken op buitenaardse wezens, maar vooral ook oudere Chinezen. Oude, pezige mannetjes die fanatiek baantjes trokken gebruikmakend van een schoolslag met een weeffout erin, waardoor ze niet rechtdoor gingen, maar diagonaal. Mollige Chinese vrouwtjes die aan een rubberstaaf hingen te dobberen, glimlachend. Maar het belangrijkste onderdeel van Ferwerda's droom was wel de gigantische Chinees die midden in het bad dreef. Hij zwom niet, dat kon niet, daarvoor was geen plek, hij dreef alleen, op zijn rug, waardoor zijn enorme buik als een onbewoond eilandje boven het wateroppervlak uitstak. Zijn bovenbeen was zo breed als Ferwerda's, toegegeven: wat vadsige zestigersmiddel en zijn hoofd was onvoorstelbaar groot. Het hoofd van de Chinees schommelde op het water, zijn onderkinnen deinden mee, als ook zijn wangen die als met pap gevulde tassen aan zijn jukbeenderen hingen. Hij lachte luid, de Chinees, hij bulderde, door de echo van het zwembad klonk zijn gebulder nog luider, Ferwerda's eerste gedachte was dat hij werd uitgelachen, – een terugkerend thema in zijn dromen, sinds zijn jeugd –, maar dat kon niet waar zijn, want hij viel nauwelijks op temidden van de Chinezen. Hij had trouwens acutere zorgen. Hij verzoop zowat. Links en rechts haalden al dan niet diagonaal voortgestuwde Chinezen hem in. Zelfs onder hem, diep in het bad, wemelde het van de Chinezen wier baan hij met zijn wapperende benen obstrueerde. Toen Ferwerda in een poging te crawlen, waarbij hij zijn ogen dichtgeknepen hield, frontaal botste met een hardere, in tegengestelde richting crawlende, atletisch gebouwde Chinees, barstte zijn hersenpan open als een overrijpe mango.

34. Boodschap




Beleef je plezier aan de gratuite seks met mijn ex, schenkt die je voldoening?
Roman Hollak, korte broek, teenslippers, had de vraag geamuseerd gesteld, met opgetrokken wenkbrauwen, niet dreigend, maar de interesse uit deze hoek zat Ferwerda niet lekker. Bovendien, hoe wist hij dat zij gratuite seks hadden? Wat was er zo gratuite aan hun seks?
Ferwerda nam nog een slok van het bier dat hij om zijn goede wil te tonen had meegebracht. Een belangrijke functie van sociaal drinken,  overpeinsde hij, was de tijdwinst tijdens het slokjes nemen, de afleiding, het elkaar niet hoeven aankijken.
Hij was met het openbaar vervoer naar het vakantiepark gereisd – heerlijk trouwens, hij was vergeten hoe aangenaam het was om je reis geheel te laten verzorgen, anoniem ook nog – en nu zat hij bij een Hans en Grietjehuisje op van pellets vervaardigd meubilair met uitzicht op de omgevallen bomen.
Roman had nog mazzel gehad, vertelde hij, toen het losbarstte, de ruk- en valwinden, er waren vijftig bomen ontworteld en geknakt, een tak landde op het schuurtje, wat moest betekenen dat hij een engelbewaarder had. Met genoegen somde hij de veel grotere schade op geleden door mede-vakantieparkbewoners, veelal aan de kant gezette echtgenoten zoals hij.
Ferwerda werd ongeduldig. Hij was niet gekomen om een schadeclaim te bespreken, hij was gekomen om het Grote Nieuws te brengen, de Blijde Boodschap. Becky durfde dat niet. Hij zou er toch vroeg of laat achter komen, redeneerde de vrouw die zijn anger management issues het beste kon inschatten, en dan kon het maar beter vroeg zijn.
We hebben veel lol samen, zei Ferwerda uiteindelijk. De adrenaline schoot naar zijn hoofd. Geen lol zoals jij met mijn huisgenote, haastte hij zich toe te voegen, dansen doen wij niet.
Roman Hollak zat voorovergebogen op zijn kruk, zijn forse, behaarde armen rustten op zijn forse behaarde bovenbenen en keek zijn gast vanonder zijn wenkbrauwen aan.
Je gaat me toch niet vertellen dat je haar zwanger hebt gemaakt?

33. Uitstorting van de heilige geest



Een voordeel van seks met een zwangere was dat ze in elk geval niet meer zwanger kon worden bedacht Ferwerda, toen hij zijn geslacht naar binnen wurmde bij Becky achter een gordijn in de hoek van een leeg zaaltje bovenin het Muziekgebouw aan het IJ, waar ze zojuist een interessante VR-voorstelling hadden gezien in het kader van het Holland Festival, die echter maar vijftien minuten duurde, waardoor er tijd over was – en tijd die over was, vonden zij, moest nuttig worden besteed.
Er waren meer voordelen. De gedachte dat Ferwerda's oude zaad, nu niet tegengehouden door condooms (zijn merk was Sagami Original, van 0,02 millimeter dunte; die gaven naar zijn bescheiden oordeel het minste gevoel een fietsband om te hebben; zijn onzichtbare vriend nam ze voor hem mee uit Japan) en vrijelijk Becky's baarmoeder in konden vloeien om daar, zo fantaseerde hij, de ongeboren vrucht te bereiken als een uitstorting van de heilige geest... Dit perspectief wond hem op.
Ahhh, yeah, ooh... Hah! Whoo...
Quiet! fluisterde hij tegen Becky, die zoals gewoonlijk een solo-concert gaf – niet in het kader van het Holland Festival.
You're so fucking special, zong ze plagerig, haar nek omdraaiend naar achter, als een gedrocht in een computerspel.
Dat was een van de redenen waarom hij op Becky viel: haar spotternij hield nooit op, ook en juist niet als ze bezig waren. Toch stak hij een duim in haar weelderige mond om te beletten dat ze nog meer lawaai zou maken. Er was niemand in het Muziekgebouw geweest toen zij de VR-show bezochten, maar dat kon zo veranderen, en als Ferwerda ergens een hekel aan had, dan was het een ecajulatio interruptio.


32. Transitieve relatie



Tot zijn verbazing reageerde Tineke begripvol, zelfs liefdevol op het nieuws van Becky's gevorderde zwangerschap. Kinderen had ze nooit gehaat. Wie kinderen haatte, haatte het leven, zei ze, maar dit betekende niet dat ze in de rij stond om voor de opvoeding op te draaien.
De opvoeding van kinderen laat ik graag aan anderen over.
Dus je wilt niets met ons kind te maken hebben, schamperde Ferwerda, die nog steeds moeilijk aan het idee kon wennen dat hij, all things being equal, over een halfjaar een zuigeling in zijn armen zou houden die hij de zijne mocht noemen – afgezien van de claims die Becky legde, en dat zouden er niet weinig zijn, vermoedelijk. Hij sloot niet uit dat ze hem vroeg of laat voor het gerecht zou slepen.
Dat kind is niet van mij, zei Tineke. Dat kind is van jou. Nu ben jij wel van mij, maar ik ben er nog niet over uit of dan volgt dat dat kind ook van mij is. Ik weet niet of hier sprake is van een transitieve relatie, als je begrijpt wat ik bedoel.
Ferwerda dacht wel te weten wat zij bedoelde, en hij hield ook van haar juist omdat ze geen kinderwens had en geen enkele frustratie op dit terrein leek te hebben, maar hij raakte zo langzamerhand wat beduusd van haar opgewektheid, van haar totale gebrek aan verwijten. Heb jij mij misschien ook nog wat te vertellen, Tien, is dat het?
Nu hij het zei. Inderdaad. Ze had niet stil gezeten de afgelopen tijd. Nee, met Roman was het niets geworden, en de mannen die zich via Tenure aanmeldden om door haar te worden afgeranseld vielen ook niet mee, maar guess what? er was een promovenda op de Uni die haar hart had gestolen.
Malika heet ze. Een hoogvlieger uit Soedan by way of Londen. Ze komt een tijdje logeren.

31. Gogo 2000 X


Tineke bleef lang onder de douche die ochtend. Het hele idee van twee minuten lauw douchen om de aarde te redden scheen ze te hebben verlaten. Toen ze eindelijk klaar was, stond de badkamer vol stoom. Tenslotte verscheen ze in de keuken met rode koontjes, gekleed in een zwart katoenen pantsuit, als een kat.
En was het lekker, mompelde Ferwerda naar de bekende weg, terwijl zijn vrouw zichzelf in het chroom van het espresso-apparaat bewonderde. Zeker, Tineke Altena was sober uitgevoerd, ze had niet vooraan gestaan bij het uitdelen van de wulpse vormen, maar daar stond tegenover dat ze over een uitstekende conditie beschikte en een gezonde eigenliefde bovendien, een eigenliefde die zich bijvoorbeeld uitte in lange sessies onder de douche waarbij ze niet naliet zich te laten helpen door de laatste snufjes op sensueel-elektronisch gebied.
Zeer dank je, zei ze. Schalks haalde ze een paars apparaatje uit haar broekzak dat eruit zag als een ladyshave, maar dan anders. Meer functies vooral. Andere functies.
Wat heb je nu weer. Ferwerda deed alsof het hem niet interesseerde.
De Gogo 2000 X. Voor vrouwen die hun orgasme serieus nemen.
En dat neem jij serieus? vroeg Ferwerda over zijn knijpbril heen.
Ik hoef het niet serieus te nemen. De Gogo 2000 X neemt mij serieus.
Bespaar me de details. Terwijl Ferwerda het zei, besefte hij dat hij in een andere context, als hij zich anders had gevoeld, in een ander leven, wellicht, juist alle details had willen horen.
Slecht geslapen? Zeker teveel gedronken met die imaginaire vriend van je. Tineke maakte een ristretto voor zichzelf – ook al zoiets. Ferwerda voelde zich steeds overbodiger worden in dit huishouden, maar hij ging er gemakshalve van uit dat zij nog niet zonder hem kon – en omgekeerd ook niet, trouwens.
Wil je me wat vertellen? Laat me raden. Jimmy heeft een onvoldoende voor zijn werkstuk over de Nederlandse advocatuur.
Was het maar waar, murmureerde Ferwerda sip.


30. Opties




Dat was het moment dat Jan Jaap Ferwerda bij mij aanklopte, zijn onzichtbare vriend. Normaal besprak hij zijn diepste problematiek met zichzelf, desnoods liep hij leeg tegenover zijn knetterdemente moeder, maar hij meende dat hij nu op een punt was gekomen, waar hij het allemaal niet meer wist. Niet dat hij dacht dat ik het wel allemaal wist, maar hij streelde mijn ego door te zeggen dat ik tot die kleine groep mensen behoorde die, zo zei hij het, prettig stoïcijns in het leven staat.
Misschien kwam het omdat ik ongebonden was, zowel professioneel als privé. Ik was aan niemand verantwoording schuldig behalve aan mijzelf en dat sprak hem aan. Hij dacht dat ik autonoom en amoreel was en dat dit voortvloeide uit mijn ongebondenheid; dit was niet zo, maar ik liet hem in de waan.
We bespraken de opties. Alle banden doorsnijden met Becky (uitgesloten). Met zijn allen bij wijze van commune samen gaan wonen in een groter huis in Oost-Groningen, waar dit nog betaalbaar was (uitgesloten). Trachten Roman Hollak en Becky weer bij elkaar te brengen, opdat zowel Jim als zijn toekomstige halfbroer of zus, tenminste een soort van thuis hadden (uitgesloten).
Omdat alle opties in elk geval bespreekbaar waren, deed Ferwerda's aanstaande vaderschap, DNA-tests daargelaten (die DNA-test was overigens gauw genoeg afgenomen, aangezien de dader-vader ongeveer overal op en rond Becky DNA-sporen had nagelaten), vooral een beroep op onze vindingrijkheid.
Wie wil weten wat hij moet doen, moet eerst weten waaruit hij kan kiezen. Daarom zijn vindingrijke mensen vrijer, maar misschien betreft het hier schijnvrijheid.
Toen de derde fles Margaux halfleeg was, opperde ik: als Becky niet vrijwillig wil overgaan tot abortus, is dan een niet-vrijwillige abortus niet iets?
Ferwerda wreef zichzelf langdurig in de ogen om te verhullen, zag ik later, dat hij huilde.


29. Daderschap



De tijd heelde niet alle wonden, dat zou te makkelijk zijn. Het was meer dat de tijd zoals het gras op een open veld de diepe kuilen verbergde. Jan Jaap Ferwerda hunkerde nog steeds naar Becky, daar kon hij niks aan doen en hij was nog steeds gehecht aan Tineke – ook daar kon hij niks aan doen.
Niemand kon ergens wat aan doen, dat was de trieste en tegelijk troostrijke conclusie van het potje dat hij maakte van het leven.
Hoewel, Becky kon misschien toch wel ergens wat aan doen, tenminste aan het nieuws dat ze nog op de valreep bracht aan haar bijna pensioengerechtigde minnaar – hij moest trouwens nog drie jaar door, was net uitgepolderd –, na een vluggertje op het carpoolplein. Becky was goed in vluggertjes, hij was goed in het vinden van plekken voor vluggertjes.
Welk nieuws, wilde Ferwerda in de Renault (de schade viel mee) op de terugweg graag nog even weten.
Do you want to hear it as is or shall I sugarcoat it? vroeg ze, haar lippen suggestief stiftend in de selfie-spiegel van haar telefoon.
No sugarcoating please. Ferwerda haalde een oude Fiat in, die binnenkort, net zoals de Renault, van de weg zou moeten worden gehaald dankzij overijverige aardeverbeteraars.
You're going to be a father.
Ferwerda deed eerst alsof hij het niet gehoord had. Toen draaide hij met zijn behaarde pink in zijn behaarde oor, en zei: I beg your  f u c k i n g   pardon? Hij was geen grootgebruiker van grove taal, maar in dit geval leek het geoorloofd.
I'm three months pregnant Janja and I'm going to keep the baby.
Ferwerda wilde het liefst de noodstrook oprijden, slippend tot stilstand komen en Becky de auto uitzetten, maar hij zag ook wel in dat zo'n daad zijn zaak niet verder zou helpen. Hij wist dat ieder protest van zijn kant zinloos was. Deze vrouw was niet van haar zwangerschap af te brengen, en, DNA-tests daargelaten, hij niet van zijn vaderschap. Slaand met zijn hand tegen de rand van het stuur vroeg hij zich af hoe Tineke zou reageren.