Koortsdroom



'Hij herinnerde zich zijn koortsdromen als het visioen van een pandemie, een onbekende, angstaanjagende ziekte die zich vanuit Azië over de wereld verspreidde en massaal slachtoffers maakte. De kwaal werd overgebracht door microscopische haarwormpjes die zich in het menselijk spierweefsel ontwikkelden. Alleen tasten ze niet het lichaam maar de geest en de ziel aan; de slachtoffers raakten bezeten en werden krankzinnig. Vreemd genoeg waren de mensen nooit zo overtuigd geweest van hun eigen intelligentie en hun eigen waarheid als deze bezetenen. Nooit waren de mensen zo onwankelbaar geweest in hun vertrouwen op de juistheid van hun oordelen, hun wetenschappelijke redenaties, hun zedelijke principes en hun geloof. Hele steden, landen en volken raakten besmet; overal sloeg de krankzinnigheid toe, alom was men ten einde raad, het wederzijds onbegrip was totaal. Elkeen voor zich meende de waarheid in pacht te hebben. Men leed onnoemelijk onder de confrontatie met de ander. Dan kastijdden de zieken zichzelf, wenend en handenwringend. Goed en kwaad liepen dwars door elkaar heen, niemand wist wie waaraan schuldig was en welke boete voor welk vergrijp moest worden gedaan. Woedend, ontzind begon men elkaar te doden. Hele legers trokken tegen elkaar op maar werden al voor ze slaags konden raken door interne twisten verscheurd en vielen uiteen. De strijders bestookten elkaar met hun wapens en zelfs met hun tanden. Ze vraten elkaar op. In de steden luidden dag en nacht de alarmklokken, maar niemand wist het hoe en wat, waardoor de spanning alleen nog maar groter werd. (...) Totale ondergang dreigde, terwijl de zweer groeide en groeide. Er waren wel mensen die er immuun voor bleven, uitverkorenen op wie de besmetting geen vat had en die waren voorbestemd om een nieuw mensengeslacht te stichten, een nieuw leven te beginnen, de aarde te reinigen en te vernieuwen, maar niemand had ooit een van deze gelukkigen gezien of gehoord.'

Fjodor Dostojevski, Misdaad en straf (1866), pag 630. Vertaling Hans Boland

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat fijn dat jullie er zijn