Nieuwe vormen van vernedering (II)

1. Ik kom weer eens aansjokken met mijn brochure ter bevordering van de levende klassieke muziek, en een vadsige Jordanees, die tegen de deurpost staat geleund, zegt, alsof hij een belangrijke ontdekking doet, maar ook inziet dat die ontdekking zonder gevolgen zal blijven: 'O, dus jij bent van de spam.' Ik kijk naar de grond, mompel 'ja' en ga door met verspreiden. De vadsige Jordanees schudt zijn hoofd. 'Troep,' voegt hij me nog toe, ten overvloede.

2. Een niet vadsige Jordanees opent de voordeur, deswelks brievenbus ik even daarvoor heb bestookt met mijn brochure, ondanks de evidente NEE/NEE-sticker. (Als ik rekening ga houden met NEE/NEE stickers, raak ik moeilijk door mijn brochures heen.) De niet-vadigse Jordanees houdt de brochure in de lucht als ware het een beschimmeld broodje. Wijzend op zijn brievenbus zegt hij: 'Heb je gezien, de sticker?' Ik knik. 'Nee/nee, staat er,' vervolgt hij, 'dat betekent dat ik geen ongeadresseerd drukwerk wil ontvangen.' Ik knik nog eens. 'Maar dit betreft een culturele verspreiding,' probeer ik, hoewel ik voorvoel dat het kansloos is, 'voor de Jordaan.' De Jordanees schudt zijn hoofd. 'U houdt niet van klassieke muziek?' Dit is mijn laatste redmiddel. Immers, ook mensen die niet van klassieke muziek houden, zeggen van klassieke muziek te houden; klassieke muziek is sociaal gewenst. Maar deze Jordanees is onvermurwbaar. 'Nee, om eerlijk te zijn niet nee.' Ik neem mijn verlies.