Deze man geloof ik niet |
Om 9 uur 's ochtends nam ik het door de informaticus voorgeschreven anti-honger poeder, twee schepjes met water aangelengd tot een papje (een koud papje) met de vage smaak van koffie, en verdomd, tot laat in de middag voelde ik geen enkele behoefte om te snacken, te grazen, te knabbelen of wat voor eetbaars dan ook in mijn mond te steken.
Af en toe had ik kleine oprispingen, ontsnapten er weeïge boertjes; dat was, verteringsgewijs, het enige.
Ik voelde me ziekjes. Ziekjes bij associatie, denk ik nu. Wie ziek is verliest zijn eetlust en dat was precies wat er met me aan de hand was.
Iemand die zo van eten houdt, voor wie eten misschien het enige is (naast misschien heroïne spuiten), die het leven de moeite waard maken, raakt hiervan in de rouw. Als ik vanaf nu af aan alleen nog maar anti-honger poeders tot me zou nemen – en waarom zou ik dat niet doen; erg veel pleit ervoor – zou ik nooit meer boodschappen hoeven doen, in de keuken hoeven te zwoegen, en, misschien wel het belangrijkste, nooit meer aan tafel hoeven te gaan.
Aan tafel! Ik hoor de stem van mijn moeder nog van onder aan de trap... en de mijne, tegen mijn schermverslaafden...
Ik ben opgevoed met het idee dat aan tafel gaan, voor de avondmaaltijd wel te verstaan, het belangrijkste moment van de dag is. Een heilig moment. En nog, als ik in iets geloof, dan is het in het aan tafel gaan, de God van het aan Tafel gaan, de tafelgod.
Maar dat is dus binnenkort allemaal geschiedenis dankzij de razendsnelle wereldwijde verbreiding van anti-honger poeders die niet alleen goedkoop zijn, maar ook 'gezond' (vers is overigens anders), en goed voor het milieu (niet het criminele, dat andere; hoewel, waarschijnlijk vindt dit soort 'ultra fastfood' in de onderwereld ook gretig aftrek).
Jammer. We zullen onze levensvreugde ergens anders vandaan moeten halen.
Wel een leuk filmpje, trouwens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Wat fijn dat jullie er zijn