12. In de ban van de Grote Flauwtes


Related image


Na een kort driftig klopje ging de deur van mijn kantoor open. Enna, met thee. Enna is zo’n vrouw die op cruciale momenten ingrijpt in de geschiedenis, dikwijls zonder het te weten. Haar lange haar, dat achter haar aan golfde, had een troostrijke uitwerking op me.
‘In? Waarom reageer je niet op mijn appjes?’ Ze schoof het dienblad op mijn bureau en begon meteen in te schenken in het flinterdunne, porseleinen Lomonosov servies.
‘Tea?’ vroeg ze aan Tim en Tom, zonder ze aan te kijken. ‘With homemade cookies? My friend made them. Aren't they awesome?’
Tegen mij: ‘Misschien kun je ze vragen wat ze rekenen voor de reparatie van het dak in Ramatuelle… Ik denk echt dat het goedkoper is, In, en in elk geval beter, om deze flex-migranten subito naar de Côte te sturen… ik word gek van die Franse aannemer… hij krijgt het niet klaargespeeld maar wil het niet toegeven… en het moet echt gebeuren voor de herfst… je weet dat vorig jaar het dorp half is weggespoeld door de regenbuien… In? Luister je wel naar wat ik zeg?’
Ze zette een kop bloedhete thee voor mijn neus.
‘Wat is er met jou aan de hand, je ziet helemaal bleek. Ga je weer flauwvallen?’ Het had gekund, de laatste maanden was ik in de ban van de Grote Flauwtes. Ik kon op de vreemdste momenten ineens ter aarde storten. Dan stond ik een half uurtje later op om vrolijk door te leven, maar ik was wel helemaal weg geweest. Black out. Ik ben bij drie dokters geweest. De eerste zei dat ik aan een vorm van epilepsie leed waaraan hij helaas niets kon doen, afgezien van wat onderdrukkende medicijnen met nare bijwerkingen. De tweede zei dat ik oververmoeid was, hetgeen ik aantoonbaar niet ben, of kan zijn...  De derde dacht dat het in mijn voeding zat en heeft me op een sapdieet gezet dat ik precies één dag heb volgehouden.
‘En…’ zei ik. ‘Lieverd...’
‘Wat is er?’
‘Deze mannen zijn niet uit op home improvement. Niet in Amsterdam en al helemaal niet aan de Côte.’
‘Wat komen ze dan doen?’
Ze draaide zich naar mijn gedoodverfde terminators, een puntje van haar gitzwarte lokken streek als een penseel langs mijn gezicht.
Ze waren weer gaan zitten in de club fauteuils, Tim en Tom, met een kop thee en een koekje, en speelden met hun telefoons.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat fijn dat jullie er zijn