De politie kwam eerder dan verwacht. Ik had graag geschreven dat de politie heel lang op zich liet wachten, dat het typisch zo’n geval was van: heb je ze niet nodig dan staan ze voor je neus en loop je levensgevaar, dan zijn ze in geen heinde en verre te bekennen, maar dat was 'gewoon' niet zo. Wouters en Kamal, zo stelden ze zichzelf voor. Van die frisse jongens. De een magere melkwit, de ander latte macchiato bruin. Op een of andere manier deden ze me erg denken aan Tim en Tom, maar dan in een jongere, beter verzorgde versie. En ze droegen wapens. Dat was het meest in het oog springende verschil. De politie is, buiten het leger, de enige instantie die ‘we’ bewapend hebben, aan wie we een geweldsmonopolie hebben toegekend. Ik ben altijd weer onder de indruk als ik die pistolen zie. Ik kan me zo slecht voorstellen dat ze worden gebruikt, maar misschien zou daar spoedig verandering in komen.
Wouters en Kamal waren voor komen rijden op fietsen. Als ik de politie te fiets zie moet ik soms lachen, denken aan slapstick, maar in Amsterdam is het misschien een goed idee. Enna had opengedaan, ik had boven gewacht. Tim en Tom hadden geen enkele aanstalten gemaakt om hun hielen te lichten. Ze leken zelfs niet nerveus, bepotelden nog steeds hun mobieltjes.
‘Mag ik weten wie u bent,’ vroeg Wouters, wijzend met zijn neus. ‘Heeft u misschien legitimatie?’
‘These gentlemen would like to see some identification,’ vertaalde ik vanachter mijn bureau. Enna was wijselijk beneden gebleven, ik hoorde haar giebelen met Bettina.
Tim en tom schoven van de ene bil op de andere in de clubfauteuils om uit hun kontzak de benodigde documenten te halen. Belgische paspoorten, dacht ik.
‘So you are… Tim Vandenhoven?’ vroeg Wouters aan Tim, de man met de sik, van wie ik dacht dat het de leider was. Je hebt altijd een leider in een groep, zelfs een groep bestaande uit twee leden; het is psychologisch onmogelijk om geen leider te hebben. Dus dat maakte ‘Tom Eerkens’ tot een onderdaan.
Wonderlijke namen, vond ik, maar, inderdaad, die van mij is wonderlijker. Het is maar wat je gewend bent.
‘What are you doing in this house,’ vroeg Wouters, zo nerveus dat hij de paspoorten uit zijn handen liet vallen. Hij raapte ze weer op. Tom glimlachte een geluidloze verkreukelde glimlach.
‘We were invited,’ zei Tim, terwijl hij recht ging zitten. ‘By Into M. Geniet. The man behind the desk.’
‘Is dat waar?’ vroeg Wouters. ‘Zijn ze hier op uitnodiging?’
‘Ja en nee,’ antwoordde ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Wat fijn dat jullie er zijn