3. Enna's uitnodiging



'Waarom komen jullie niet even binnen, dat praat gemakkelijker.' Enna stond in de deuropening en ging met een hand door haar scandalous lange, zwarte haar: bijna tot de billen. De lengte van haar haar was trouwens niet de belangrijkste eigenschap, het was de manier waarop het golfde, de weelderigheid, de wildheid ook: dit haar was met geen mogelijkheid te beteugelen, de enige manier was het afknippen, midden in de nacht, met een grote schaar, en verbranden.
De kale man met de sik was uitgestapt, zijn mobieltje als wapen in de hand. Hij droeg een vuilwitte 3/4 broek, en daaronder teenslippers met de Braziliaanse vlag. Niet echt de outfit van een killer, dacht ik, laat staan een assassinateur, maar je kon niet voorzichtig genoeg zijn. Hij bewoog met zijn sik naar Enna, zijn blik op mij gericht.
'My wife wants to know if you would care to come inside,' legde ik uit – overdreven formeel, dat was een afwijking van mij, een beroepsafwijking. Te laat bedacht ik dat ik Enna's uitnodiging ook anders had kunnen vertalen. Mijn vrouw wil dat jullie mij met rust laten, bijvoorbeeld. Of beter: mijn vrouw wil graag dat ik binnen kom.
De man stak zijn hoofd in het kleine autootje en overlegde kort met de andere man op de achterbank in een taal die ik niet verstond en ook niet kon thuisbrengen. Ik had mijn telefoon in de auto willen houden om Google een vertaling te laten maken. Al gaf Google een onvolmaakte vertaling, een onvolmaakte vertaling van wat je moordenaars met elkaar te overleggen hebben was beter dan helemaal geen vertaling.
De andere man stapte nu ook uit; zuchtend en steunend worstelde hij zich van de achterbank langs de passagiersstoel, zich aan de handgreep omhoog trekkend; zijn linkerbeen leek hierbij te haken achter iets op de achterbank. Toen hij eenmaal op straat stond, kaal en groot en verkreukeld, spreidde hij zijn O-benen en legde zijn compacte handen op zijn overhangende pens te rusten.
Enna had dit schouwspel niet afgewacht, was vast naar binnen gegaan, had de deur opengelaten.
In de verte hoorde ik de espresso-automaat, die mogelijk evenveel had gekost als het huurautootje van deze twee mannen, al sissen, blazen en gorgelen, als een monster dat zich opmaakt voor de strijd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat fijn dat jullie er zijn