De Grote Verjaardag

De 7-jarige werd 8.
Waarschijnlijk is de verjaardagsbeleving, de magie van de verjaardag op deze leeftijd op zijn hoogtepunt, zo vlak voor de definitieve ontmaskering van Sinterklaas, voor het cynisme langzaam zijn geest binnensijpelt, maar toen het moment was aangebroken waarnaar hij al weken had afgeteld, gedroeg hij zich niet bijzonder opgewonden en nam hij de cadeautjes waarop hij zich al maanden had verheugd, in mijn ogen nogal zakelijk – je zou kunnen zeggen: professioneel – in ontvangst.
Uiteraard hebben wij  a l l e s  in het werk gesteld om het hem naar de zin te maken, daartoe ben je als ouder in dit infanticentrische tijdsgewricht moreel verplicht, maar een dag later vraag ik me af hoeveel hiervan bij hem blijft hangen. Ik weet bijvoorbeeld  n i e t s  van mijn eigen achtste verjaardag, maar 42 jaar geleden was dit ook nog niet zo'n ding, geloof ik, zo'n ouderlijk Gesamtkunstwerk voor het kind. Er werd gezongen, je mocht trakteren en je kreeg een pak viltstiften, daarna ging men over tot de orde van de dag. De gedachte alleen al dat mijn vader destijds tot diep in de nacht aan de voorbereidingen van mijn Grote Verjaardag zou hebben gewerkt, komt me als absurd voor.
'Word je 8?' vroeg een moeder op het schoolplein aan de jarige. Hij knikte, trots.
'Maar dat is heel bijzonder,' vervolgde ze, 'die verjaardag kan ik me nog heel goed herinneren.'
'Echt waar?' vroeg ik.
'Ja, want toen zijn mijn ouders gescheiden.'