1 op de 100




En ik ben weer in mijn oude wijk. Niet in opdracht van PostNL, godbetert, maar van mezelf. Of beter gezegd: van de boekhandel waar ik zal optreden. Of, nee, eigenlijk van Marieke Smithuis, die dat optreden heeft geregeld. Want zij was het, die zei: 'Je moet nog wel even vragen aan je uitgever of ze wat flyers laten drukken, dan kun je die verspreiden in jouw oude bezorggebied... Maar dat hoef ik jou natuurlijk allemaal niet uit te leggen.'
Dus daar ging ik, met in mijn schoudertas 100 eigenhandig in elkaar geflanste flyers, waarvan lieftallige had gezegd, toen ze er een blik op had geworpen: 'En  d a t  ga jij rondbrengen? De omslag van je boek staat er niet eens op!' Bij nadere inspectie stond het adres van de Amsterdamse Boekhandel er evenmin op, geen overbodige luxe bij een jonge boekhandel aan de rand van Buitenveldert. Toen ze zag hoe ik met viltstift het adres alsnog op de flyers kalkte, in mijn huisartsenzoonhandschrift, rolde ze opnieuw met haar ogen.
Maar wie schetst mijn verbazing: mijn sjofele, last minute PR-campagne in Oud-Zuid leverde welgeteld één bezoeker op, gisteren, en niet zomaar een bezoeker: de weduwe van het hoogbejaarde heertje met het appeltje. Ik wilde haar de passages voorlezen waarin zij en haar man voorkomen, maar ik kon ze niet zo gauw vinden, dus het moest uit het hoofd. Ze heeft nog een boek bij me gekocht, de schat.