Veiligheidsactie

De dienstdoende reparateur voor onze dysfunctionele oven, een man van in de veertig met een oorringetje, huppelde opgewekt met twee kunststof koffers het huis binnen. Ik had niet zo veel reden tot opgewektheid. Ik dacht aan de voorrijkosten.
'Wat is het probleem: de koppeling, of de verwarmingselementen?' vroeg hij, een blik werpend op het apparaat, dat ik voor zijn komst braaf had schoongemaakt.
Ik wist niks van een koppeling. 'Hij verwarmt slecht,' zei ik. 'Maar hij is dan ook al tien jaar oud en wordt intensief gebruikt.'
De reparateur dook in de oven en meldde even later, nog steeds opgewekt, dat een van de elementen was ontploft, hetgeen de gebrekkige verwarming verklaarde, en dat de reparatie daarvan ongeveer even duur was als een nieuwe oven. Dat was het slechte nieuws, dat ik ook al min of meer had verwacht. Het goede nieuws was dat hij de gaskoppeling ging vervangen in het kader van een wereldwijde veiligheidsactie van de fabrikant, die op radio televisie en in kranten was wereldkundig gemaakt maar waarvan wij niets wisten, om explosiegevaar tegen te gaan, en dat in het kader hiervan de voorrijkosten kwamen te vervallen.
'Het gaat om een hele kleine kans,' zei hij, nog altijd opgewekt. 'Als het je overkwam dat je oven ontplofte zou je meteen een staatslot moeten kopen, want daarmee win je dan geheid.'