Lieftallige had twee poezen te logeren gevraagd en mij te verstaan gegeven dat de logeerpoezen, – eentje zwart, eentje strawberry blonde – o n d e r g e e n b e d i n g naar buiten mochten, dus toen ik de deur naar de achtertuin opende en de strawberry blonde logeerpoes langs mijn benen de grote boze buitenwereld in voelde glippen, ontstond bij mij enige paniek. 'Hé,' fluister-riep ik, 'kom terug!' Maar de strawberry blonde logeerpoes was allang door het gat in de schutting naar de buren geschoten, en toen hij daar een collega tegenkwam, blazend en sissend, schoot hij door weer een ander gat, om helemaal uit het zicht te verdwijnen.
Wat te doen? Eerst de zwarte logeerpoes fixeren. Daarna terug de tuin in, roepen en rammelen met brokjes. That failed to do the job.
Follow the money, was mijn tweede idee. Dus ik klom over schuttingen en kroop door gaten. Dit was ooit een hobby van me, overpeinsde ik nostalgisch. Maar: geen poes.
Een ramp? Jawel, maar dan toch een van beperkte omvang, want de logeerpoes kon de binnentuinen niet uit. Vroeg of laat zou hij zich wel weer melden. Tenminste, als hij de weg terug wist en ons leuk genoeg vond.
'Ik ben ook eens een poes kwijtgeraakt in de binnentuinen en die kwam maanden later pas weer tevoorschijn, helemaal gehavend,' vertelde een buurvrouw, 'maar dat wil je misschien helemaal niet weten.'
Lieftallige kwam ziedend thuis. Maar aan zieden, argumenteerde ik, hadden we op dit moment niet zo gek veel. Bij alle buren aanbellen in theorie wel, dus daar ging ze, om terug te keren met lege handen, maar wel veel goede anekdotes over die buren.
De avond viel. Moesten we ons zorgen maken?
Toen vertoonde de logeerpoes zich ineens in de keuken bij zijn etensbakje. Maar bij iedere toenadering van mijn kant vluchtte hij onmiddellijk de tuin weer in. En gelijk had hij. Wie eenmaal van de vrijheid heeft geproefd, wil nooit meer in gevangenschap leven.
Het was lieftallige die op het idee kwam om een touwtje vast te maken aan de deurklink, waarmee ze de deur achter de logeerpoes dicht kon trekken. Et voilà.