Nachtelijke opruiming



De man die op een stille avond alle zwarte VanMoofs die hij op zijn wandeling tegenkwam een voor een de gracht van inkt in reed voelde toen hij in bed lag een vreemd soort schuldige voldoening, tegelijk had hij ook spijt van van deze zinloze, in de grond kinderachtige verplaatsing van andermans goed, wellicht gemotiveerd door naijver, hoewel hij onmogelijk medelijden kon opbrengen voor de berijders van deze machines, die de stad naar zijn smaak, een kille, lugubere, ja misschien zelfs licht-fascistoïde toets gaven, of stelde hij zich nu aan, nog afgezien van die keer dat hij bijna dood gereden werd. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat fijn dat jullie er zijn