Varende varkens

André Masson: le misanthrope (self portrait)

Waarom heb ik een tamelijke grote hekel, elk seizoen opnieuw en nu weer in toenemende mate, hoewel ik verder geloof ik weinig mankeer, aan door de grachten varende feestvarkens? Is dat omdat ze lawaai maken en het lawaai op het water 'lekker ver draagt'? Neu. Ik maak zelf ook lawaai, anders mijn kinderen wel, hoewel ik de overlast probeer te beperken, en trouwens, het lawaai van de varkensboot is per definitie tijdelijk. Althans, de lawaai van die  e n e  varkensboot. Omdat men feest terwijl er niets is te feesten? Dat komt al meer in de buurt, maar: waarom zou   i k   daar iets op tegen hebben? Het staat toch elk individu vrij om zijn tijd naar eigen inzicht te doden, en als iemand zijn tijd op een  f e e s t e l i j k e   manier wil doen, dus met lawaai en alcohol, dan is dat toch nog altijd beter dan op een  o o r l o g s z u c h t i g e   manier, even ervan afgezien dat feesten nogal eens naadloos overgaan in oorlogen (en omgekeerd)? Omdat de varkens samengeklonterd zitten/staan op een bijzonder kleine oppervlakte, dikwijls een stalen kuip? Omdat ze niet zelden van het achterdek (of, als ze echt feestelijk zijn, van het voor- of zijdek) in de gracht piesen? Omdat ik, zijnde flexitariër per definitie een complexe relatie heb met varkens? Nee, nee en nog eens nee. Jaloezie dan misschien, omdat ik zelf niet op die feestboot zit, omdat ik zelf geen deel uitmaak van de varende varkensvloot, omdat ik zelf niet ben uitgenodigd om mee te kleppen, te slempen, mee te hoeren en te snoeren met deze zonder uitzondering cosmetisch verantwoorde, jonge, goed doorbloede menigte? Nee, dat toch ook niet. Het moet een milde vorm van misantropie zijn. Valt mee te leven.