Rijp



Volmaakt onvolmaakte vorm, neoklassieke borst, stevig,

met hier en daar met wat zachtheid, gelukkig;

tepelsteeltje ongelakt.


Ik snijd je open, je fonkelend sappige helften

ontbloten zich voor mijn ogen.

Jonge sla ben je niet. Ik watertand.


Verleidelijk je nu meteen op te hakken en klakkeloos te nemen,

 – nat over heel mijn kin –,

maar ik houd me in.


Opnieuw ga je in de lengte doormidden, om het perfecte kwart

in mijn hand in één kielhaal

te ontdoen van een kamer van je hart.


Daarna je huid die soms tegenstribbelt bij de punt,

weigert waardevol vlees af te staan.

Wat? Ben ik te laat? Val je melig uiteen?


Neen, je laat je gewillig villen, in hapklaar vlees verdelen

dat ik vorkend tegen plakvingers

aan mijn geliefden voer.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wat fijn dat jullie er zijn